Financiële begroting

Financiële positie

Uitgangspunten begroting 2024 en meerjarenraming

Bij de begrotingsopstelling van 2024 wordt uitgegaan van het bestaand beleid zoals geformuleerd in de (meerjaren)begroting 2023. Er vinden bijstellingen plaats op grond van volumeaanpassingen in relatie tot de autonome ontwikkelingen van de stad. Het kan dan gaan om aanpassingen aan de uitgavenkant en aanpassingen aan onze inkomstenkant. Ook vindt in de begroting een actualisatie plaats van het prijspeil.
De (meerjaren)begroting 2024 wordt uitgedrukt in verwachte prijzen van 2024. Dit betekent dat een volledig nieuw financieel document ontstaat. Hieronder geven we de financiële kaders weer, waarbinnen wij onze begroting opstellen.

Loonkostenontwikkeling
Voor 2023 hebben wij op basis van het principeakkoord rekening gehouden met een loonstijging van € 240,- en 2% per 2/1/23. Voor de cao-ontwikkelingen in de periode januari 2024 t/m december 2024 hebben wij rekening gehouden met een loonstijging van: 4,0% per 1 januari 2024 (raming).

Het gemiddelde percentage sociale lasten in de begroting 2024 is 28,87% (primitieve begroting 2023 29,98%). Voor de begroting 2024 is rekening gehouden met het vervallen van de premie voor voorwaardelijk pensioen en een stijging van de premie van het OP/NP pensioen. De overige premies laten wisselend lichte stijgingen en dalingen zien. Het loonkosten niveau in de begroting 2024 komt per saldo 7,34% hoger uit dan in de primitieve begroting 2023.

Prijsontwikkeling

Doorwerking voorgaande jaren

+/+ 5,4%

2024
Totale prijsontwikkeling begroting 2024

+/+ 3,2%
+/+ 8.6%

Het percentage voor 2024 is overgenomen uit het Centraal Economisch Plan 2023 in de Maartraming 9 maart 2023. Omdat we de prijsstijging van energie apart hebben geraamd via de Actualisatie 2023, is  bovenstaande prijsontwikkeling gecorrigeerd voor de prijsstijging energie. Ten opzichte van 2023 is de correctie 1% hoger.

Bijgestelde loonkosten- en prijsontwikkeling gesubsidieerde instellingen
Vanaf 2000 wordt met betrekking tot de loonontwikkeling het indexcijfer “Cao-loon bedrijven” (voorheen contractloon bedrijven) toegepast. De percentages zijn overgenomen uit het Centraal Economisch Plan 2023, Maartraming van 9 maart 2023 van het CPB.

Voor de gesubsidieerde sector leidt het vorenstaande en de gangbare systematiek tot het volgende uitgangspunt:
Correctie voorgaande jaren                 + 1,8%
Algemene loonontwikkeling 2024            + 5,0%
Totaal                        + 6,8%

Voor alle subsidies (niet-betreffende de subsidies loonkosten) geldt dat de prijsontwikkeling 2024 gevolgd kan worden (inclusief correctie voorgaande jaren,  maar exclusief correctie energiestijging), de toegestane indexering bedraagt daarmee 9,6%.

Renteontwikkeling
Het renteomslag percentage blijft gelijk: 0,75%.

Tarieven belastingen, leges en heffingen
Het gewogen indexcijfer bedraagt 8,47% (½ x 9,6% + ½ x 7,34%).
De woonlasten zijn enkel verhoogd met een inflatiecorrectie. Onder woonlasten verstaan we de onroerend zaakbelasting, de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Conform het uitgangspunt stijgt de OZB met 8,47%, wel rekening houdend met eventuele stijging van de WOZ-waarden.

Voor zowel de afvalstoffen- als de rioolheffing worden, naast de toegestane indexering, uiteraard de kosten van eventuele autonome ontwikkelingen via het tarief omgeslagen, uitgaande van 100% kostendekking. Ook de kwijtschelding wordt met ingang van 2023 verdisconteerd in het tarief. Voor de berekening van de tarieven wordt uitgegaan van 1,5% rente toerekening aan de betreffende activa, hetgeen aansluit bij de daadwerkelijke rentekosten van de gemeente op haar financiering afgerond op een half procent.

Uitgangspunten meerjarenraming 2025-2027
Voor de jaren 2025 tot en met 2027 is uitgegaan van een constant loon- en prijsniveau met als basis het niveau zoals opgenomen in de begroting 2024. We gaan ervan uit dat de loon- en prijsontwikkeling in de uitgaven zo nodig gecompenseerd wordt. Dat wil zeggen:
compensatie van algemene salarismaatregelen en prijscompensatie via de algemene uitkering uit het gemeentefonds (als onderdeel van het zogenaamde accres) en overige rijksvergoedingen;
Verhoging van tarieven, rechten en heffingen met het inflatiepercentage, uitgaande van 100% kostendekking voor afvalstoffenheffing en rioolrechten. Uitgaande van constante lonen en prijzen zijn in de jaarschijven 2025, 2026 en 2027 de eerder genoemde verhogingen van inkomsten uiteraard niet meegenomen. In het investeringsplan 2024-2027 is rekening gehouden met een jaarlijks rentepercentage van 0,75%.

N.B.
Het doel van de meerjarenraming is onder meer inzicht te krijgen in de financiële ontwikkeling van de gemeente in meerjarig perspectief. Aan de meerjarenraming als zodanig kunnen door derden geen rechten worden ontleend.

Deze pagina is gebouwd op 11/14/2023 08:47:38 met de export van 11/14/2023 08:31:10